Nederlands leraar

Oosters Schisma

20-02-2014

Blog

In 1204 werd Constantinopel tijdens de 4e kruistocht geplunderd.

In 1254 vond er een Schisma plaats tussen het West- en Oost-Romeinse Rijk.

Wat waren de oorzaken van dit schisma(onenigheid van standpunten)? Een aantal religieuze thema’s beheersten dit conflict.
Een belangrijk religieus conflict was dat van de iconen. Hier waren voor- en tegenstanders. De tegenstanders van iconen waren tegen fanatisme en wilden geen iconen (dit waren fraai geschilderde houtsnijwerken met de afbeelding van o.a. Christus)
Een ander strijdpunt was dat Jezus, de zoon van God ook of juist niet de heilige geest bezat.
Ook de dood van Maria was een twistpunt. Volgens de katholieke kerk was ze gewoon dood, maar volgens de orthodoxe kerk was ze in een eeuwigdurende slaap.
Andere onenigheid was het brood tijdens de commune. Volgens de Christenen moest dit niet-gebakken brood zijn en volgens de orhodoxen juist gebakken brood.
De Latijnse Kerk bestreed priesterhuwelijken, de oosterse Kerk stond ze evenwel toe en kende het celibaat alleen voor bisschoppen.
Er was onenigheid betreffende de zeggenschap over de kerken in bepaalde delen van de Balkan.

Toch waren de politieke thema’s belangrijker;
Methodus en Cyrillius hadden met het cyrillische schrift delen van het huidige Bulgarije en Rusland bekeerd. Er waren de handelsroutes van Thessaloniki naar het Oosten met problemen over de invloed van Rusland.
En last but not least; Wie was het hoofd van de kerk?
In Constantinopel was het de patriarch die de baas wilde zijn en in Rome wilde men dat de Paus, die men zag als de opvolger van Petrus, de baas was over de kerk.

In haar meer dan 1.100 jaar lange geschiedenis werd Constantinopel wel twaalf keer belegerd, maar slechts tweemaal ingenomen. De eerste maal door de Frankische kruisvaarders tijdens de Vierde Kruistocht in 1204, waarbij het Latijnse Keizerrijk werd gesticht, maar dat in 1261 door Byzantijnse huurlingentroepen onder leiding van Michael Palaeologus vanuit het keizerrijk Nicea werd heroverd.
Sinds de plundering was de stad flink verarmd en slaagde ze er ook niet meer in om de handelsroutes rond de Zwarte Zee te beheersen, waar vroeger haar grootste inkomsten vandaan kwamen. Hiermee begon het verval en er werd niet veel meer gebouwd en hele wijken raakten zelfs verlaten. De gebouwen werden als steengroeve gebruikt. Het gevolg van deze situatie was dat veel Byzantijnse intellectuelen en kunstenaars naar het steeds welvarender wordende Europa trokken, met name Italië, en maakten met hun kennis van de klassieke oudheid mede de Renaissance mogelijk.
In de volgende twee eeuwen, werd het erg verzwakte rijk geleidelijk aan door een nieuwe vijand, het Ottomaanse Rijk, veroverd. Het “rijk” bestond in 1453 uit niet veel meer dan de stad Constantinopel zelf en een deel van de Peloponnesos (met het fort van Mystras als centrum). Ook het keizerrijk Trebizonde, een volledig onafhankelijke opvolgerstaat gevormd in de nasleep van de Vierde Kruistocht, bleef voortbestaan aan de kust van de Zwarte Zee. Vele historici beschouwen de val van Constantinopel (voor haar val een belangrijke handelsstad) als een van de redenen waardoor vele landen werden gemotiveerd om een weg naar Indië te vinden wat zou leiden tot de westerse ontdekking van Noord- en Zuid-Amerika.