Nederlands leraar

Zondag

24-06-2012

Blog

Zondags moesten we thuis onze zondagse kleren aan. Dit hield in dat je er netjes uit moest zien, dus gepoetste schoenen, een nette broek met een naad in het midden (geen jeans) en een gestreken overhemd. De haren dienden gekamd, bij voorkeur in scheiding. We kleedden ons aan nadat ieder van ons zijn taak had verricht, zoals de keuken opruimen, de hal en kamer stofzuigen of de inrit aanvegen. De Afghaanse windhonden die we hadden waren dan ook, meestal door mijn moeder en een van mijn broers, uitgebreid gewassen en geborsteld zodat die er ook netjes bijzaten. De koffie werd om klokslag twaalf uur opgediend, vergezeld van een dampende appelbol, net uit de oven.
Neil Diamond vergezelde ons met zijn sonore gezang; ‘Song Song Blue, everybody knows why…’. Tevens was de soundtrack van ‘Once upon a time in the West’ van Ennio Morricone altijd te horen uit mijn moeders stereo. Al met al waren we best tevreden met de muzikale smaak van mijn moeder, gelukkig had ze Nana Mouskouri (met die grote bril) en Julio Iglesias (met zijn regenjas, zeiden we altijd) achter zich gelaten. Later ging ze zelfs Bryan Ferry waarderen.
Lezen mocht niet; ‘leg dat boek eens weg, we zitten nu gezellig samen koffie te drinken, dus kunnen we gezellig praten’. Er vielen stiltes. Ik vond dat best prettig, stil samen zijn was ook al heel wat, toch? Waarom moest je altijd wat zeggen? Ik kon het dan ook altijd het langst uithouden om te zwijgen. M’ n vader begon al snel met m’ n broer over het werk te praten, waar ik al helemaal niet meer niet naar luisterde. Al mijn aandacht ging uit naar de muziek, de koffie en de appelbol. Ook de honden, mijn moeder en zusje vonden het gepraat over de zaak oninteressant.

Na een uur was het afgelopen met het koffiedrinken en ging ik naar mijn vrienden en nam afscheid in mijn nette kleren. Gympies, een vale spijkerbroek, t- shirt en legerjasje in mijn KLM-koffertje naast een aantal grammofoonplaten gepropt. Ik fietste een stukje en parkeerde mijn fiets achter de werkplaats. Daar kleedde ik me snel om en deed mijn haar door de war.

De Zondagmiddag kon beginnen.