Nederlands leraar

Archive for juni, 2012

Herzlichen Glückwunsch! Respekt für die Deutsche Mannschaft! Im Angriff, Verteidigung, Organisation und auch Physik wart Ihr Holland überlegen. Die Holländische Mannschaft 2012: Ein Lachnummer!

Porto 1985

11.06.2012

Blog

Vakantie in Portugal met zus, vriend en vriendin. S’ morgens half tien een Cappuccino in een café aan de haven. Klapdeurtjes vlogen open. Net als in cowboyfilms waar de revolverheld de saloon binnenkomt. Dit was een zeeman. Met grote stappen liep hij meteen door naar de wijnvaten die achterin het cafe stonden opgesteld, tapte een limonadeglas tot de rand vol, nam een paar slokken en kwam bij ons staan aan de bar.
‘Holland? Amsterdam, Rotterdam, Utrecht. Coffeeshop, allemachtig achtentachtig. Kijke niet kope ’.

Waarmee de zeeman zijn kennis van Nederland samenvatte.

‘Kom mee, een glaasje Port drinken op m’ n boot’. Op de boot veel gelach, Port en verhalen.
Hij kende bijna alle wereld- havens, tot in Australië toe. Hij was zes maanden per jaar havenmeester van Porto. De helft van het jaar voer hij met z’n twaalf meter lange zeiljacht de wereld rond.

Kwijt

6.06.2012

Blog

Zonnig weer, ik ga op een bankje in het park zitten lezen. Even later, de zon schijnt niet meer. Ik zet mijn zonnebril af en mijn gewone bril weer op. Ik lees verder. In gedachten verzonken sta ik op en vergeet mijn zonnebril die ik naast me op het bankje gelegd had. Thuisgekomen kom ik op het idee te gaan joggen. Dat komt goed uit, want de zon schijnt. Waar is mijn zonnebril? Op een drafje loop ik door het park, kijk naar de bank waar ik op zat en ja hoor, daar ligt hij te prijken op het bankje.

Mijn buurman had laatst zijn huisdeur dichtgedaan en vergeten zijn huissleutel mee te nemen. Nadat hij zijn huisdeur met behulp van een boormachine en ander gereedschap uiteindelijk weer geopend had, kon hij zijn huissleutels binnen ook niet meer vinden, waar hij ook zocht. Hij begreep het niet. Uiteindelijk kocht hij een nieuw slot voor 75 Euro en bouwde hem in. Een half jaar later vond hij zijn eerste sleutels terug: ze waren achter een kastje op de grond gevallen.

Mijn vriendin was als klein meisje eens met de huissleutels naar buiten gegaan en bij het spelen had ze met haar sleutels lopen gooien, steeds hoger. Uiteindelijk kon ze de sleutels niet meer vinden, waar ze ook zocht. Misschien was de sleutelbos ergens in de takken van de boom voor het huis blijven hangen, ze wist het niet. Thuisgekomen waren haar ouders natuurlijk boos en zijn ze samen nog gaan zoeken, tevergeefs.
Het werd najaar, de bladeren vielen van de bomen. M’ n vriendin liep van school naar huis. Zag ze het goed? Ja hoor, daar hing de sleutelbos aan een tak in de boom te prijken.

Eilsleben

5.06.2012

Blog

Helmstett 1990; op de autobaan aan de voormalige grens tussen west- en Oost-Duitsland staan hoge uitkijktorens. Vorig jaar stond hier nog de ‘Grens-Polizei’ gewapend met verrekijker en geweer in de aanslag de ‘Deutsche Demokratische Republik’ te bewaken. Nu stonden de torens te wachten op hun sloop. We waren op weg naar Dessau, waar m’ n vader een fabriek van de Treuhand had gekocht, de instantie die vroegere staatsbedrijven aan westerse bedrijven verkocht. Even later reden we door het dorpje Eilsleben.

De autobanen in de voormalige DDR, in de volksmond ‘Adolfwegen’ genoemd, bestonden uit betonnen blokken en maakten een ‘kadoen- kadoen’ geluid als je er met de auto overheen reed. Vijfenvijftig jaar geleden bestreed Adolf o.a. met wegenbouw succesvol de werkeloosheid in Duitsland en maakte zich daarmee zeer geliefd onder het volk. Waar de ‘Adolfwegen’ niet lagen, zaten de wegen vol met gaten. We stonden vaak in de ‘Stau’, want overal werden nu de wegen verbreed en opnieuw geasfalteerd.

M’ n vader aan het stuur, in gedachten verzonken, zei; ‘De dorpjes zijn precies als de dorpjes in het westen, zestig jaar geleden’. En even later; ‘De Oost-Duitsers zijn het zwaarst gestraft voor de oorlog, ze zijn nu pas bevrijd’. Veertig jaar socialisme had een failliet en zwaar vervuild land met een geestelijk kapotgemaakte bevolking achtergelaten.

Om ons heen was het verval duidelijk zichtbaar; alles grauw, grijs en donker. Troosteloze woonblokken en huizen met afgebladderde gevels, metershoog onkruid, scheefgezakte muren en verroeste hekken. Ook de grote vuilnisbakken waren verroest, rokend van het smeulende afval stonden ze brutaal te stinken langs de straten. Maar het ergste was de andere stank, die van bruinkool, een alles doordringende, misselijkmakende stank. In dikke walmen kwam het uit de schoorstenen. Soms zag ik een bleek huisvrouwtje in bloemetjes- keukenschort, die bruinkolen naar de kelder droeg. Dacht je zomers van de bruinkoolstank af te zijn, bleef nog de stank van Trabanten. Armzalige plastic autootjes met tweetaktmotor, die een walm van stank achter zich lieten. Arme Ossies, bijna 40 jaar in een stinkende gevangenis gezeten.

Ik sprak een metselaar, die een paar maanden voor de ‘Wende’ zijn Trabant bij de Tsjechische grens in de bossen had achtergelaten om zo het land, net als tienduizenden landgenoten. Een paar jaar had hij in het Westen gewerkt, een tweedehands Opel Vectra gekocht, en daarmee naar zijn vroegere woning in Oost-Duitsland was teruggekeerd. Toen hij thuiskwam bleek de auto niet in zijn garage te passen, deze was, als alle garages in de DDR, op Trabanten gebouwd en dus te klein.

Wenen

4.06.2012

Blog

De rozenstruiken stonden er prachtig bij, daar in het hofpark van Wenen. Je kon er voor op een bankje gaan zitten en er naar gaan zitten kijken, iets wat velen deden. Er was een fontein met fris drinkwater in elk park. En beelden, veel beelden. ‘Schloss Schönbrunn’; een bezoek aan de kamer waar Mozart als zesjarige jongen voor Maria Theresa piano speelde. De ‘Tiergarten’; de oudste dierentuin ter wereld. Van de Nederlandse regering in 1740 nog een neushoorn kado gekregen. In het centrale paviljoen waaromheen in een cirkel de negen dierenkooien stonden opgesteld, diende de keizer te ontbijten. Terwijl zijn vrouw Maria Theresa de regeringszaken voor haar rekening nam, verdween Frans Ferdinand liever in de kelder onder het centrale paviljoen, alwaar zich een laboratorium bevond, alwaar hij zocht naar de ‘Steen der Wijzen’. Met deze steen zou men onedele metalen in edele veranderen kunnen. Maar ook is het symbolisch te zien als het verzoek rijkdom door kennis te vergaren.

De Hofburg met de kamers van Franz Joseph. Z’n bed nam hij mee als hij op reis ging. Een mooie werkkamer, waar hij elke morgen vanaf 5 uur zat met uitzicht op het grote schilderij van zijn geliefde Elizabeth, in de volksmond Sissi genoemd. De hofetiketten kon ze slecht verdragen, liever ging ze op reis naar Madeira of Korfu. Op haar zestigste werd ze omgebracht door een anarchist bij het meer van Genève.

Adolfje liep rond 1900 door deze stad zich aan de Joden te ergeren, evenals vele stadsgenoten die alle op de sociaal-democratische partij stemden van Karl Lueger, een anti-semiet die tot drie maal toe als burgemeester werd gekozen. Adolf werd afgewezen op de kunstacademie en voelde zich vernederd. Een mooi gebouw trouwens, deze kunstacademie. Niet ver van de ‘Seccesion’, de afscheidingsbeweging van o.a. Gustav Klimt, hier een twintig jaar later gebouwd. Ook een prachtig gebouw. Wit, onder een ronde koepel met bladgoud stond de volgende tekst:

Jeder Zeit Seiner Kunst
Jeder Kunst Ihrer Zeit

En dan het ‘Belvedère’ – Paleis. Belvedère was de Oostenrijkse generaal die samen met Jan Sobieski van Polen de Turken in de pan gehakt had toen deze Wenen wilden veroveren. Ter ere van zijn heldhaftige strijd en uit dankbaarheid voor het behoud van Wenen voor de Mohammedanen, werd voor hem dit Paleis gebouwd. Prachtige barok tuin eromheen. Bussen vol Nederlandse senioren werden voor het paleis uitgeladen. Ze luisterden aandachtig naar wat de gids vertelde over de kenmerken van een barok tuin.

‘De kat van ome Willem is op reis geweest’ zong Wim Sonneveld en; ‘hij is voor zeven dagen naar Parijs geweest’. Wij ook. Wij, dat was ik met Fred en Ruud, die in een elektrische rolstoel zat. In een Renault bestel reden we Ruud in z’n rolstoel naar Parijs. Tegen de avond reden we de Champs Elysees open en stopten we bij de toeristische informatie om naar een hotel te informeren dat de beschikking had over een lift, zodat we met de rolstoel erin konden. Fred bleef even wachten bij Ruud in de auto. Toen terugkwam hadden ze samen de fles Whisky die ze bij een benzinepomp hadden aangeschaft al voor de helft burgemeester gemaakt. Ik reed naar het adres van het hotel. Bij het hotel aangekomen, bleek de rolstoel niet in de lift te passen. We tilden Ruud in de lift en lieten de rolstoel beneden staan. Na Cous-cous bij een nabijgelegen marokkaans restaurant werd bij een avondwinkel nog een tweede fles whiskey aangeschaft. De volgende ochtend met knallende koppijn wakker, stelde ik aan de receptioniste de vraag; ‘avez-vous des asperines?’. Na vier keer langzaam herhalen bleek ze ze nog te hebben ook.

We verplaatsten ons naar een terras in de zon voor Café au lait met croissants. Een prachtige foto gemaakt op Place des Invalides met Ruud in z’n rolstoel onder het naambordje. Ook een van een agentje in een bewakingshokje, hij bleef star voor zich uit kijken. Rondvaartboot op de Seine. Hapje eten in een brasserie. De avond hadden we voor Folies de Bergères gereserveerd. Met een fles champagne genieten van de mooie dansende dames met prachtige lange benen.

Een dag later naar Centre Pompidou waar we vanaf het balkon de straatartiesten op het plein van bovenaf konden bewonderen. Tenslotte wilden we naar het paleis van Versailles. We hadden moeite met het vinden van de juiste weg. Tal van mensen gevraagd; Versailles? Niemand had er ooit van gehoord. Het bleek aan de uitspraak te liggen. ‘Véérsááje’ was de juiste uitspraak, zo bleek. In ieder geval geen ‘Ferzalje’. Die spiegelzaal. Die gigantische tuinen met ontelbare beelden. Honderden beeldhouwers hadden hier hun leven lang aan gewerkt. Indrukwekkende pracht en praal.

Teevee

2.06.2012

Blog

Een bekend beeld; s’ avonds teevee kijken. Voor zieken en bejaarden kan ik het begrijpen. Maar miljoenen gezonde mensen kijken s’ avonds teevee. Als je net als ik vanuit een hoog flatgebouw s’ avonds in andere hoge flatgebouwen kunt kijken, zie je in de meeste huiskamers bewegend teeveelicht. Soms is er wel eens wat op teevee. Meestal niks, middelmatig gedoe. Toch laten veel mensen de teevee aan staan. Bewegend behang. Moe van de werkdag versuft naar flauwekul kijken.

Irritant ook als je bij iemand op bezoek komt en de teevee blijft aanstaan, alsof je niet interessant genoeg bent. Ik denk in zulke gevallen; ‘hoe kom ik hier zo snel mogelijk weer weg’.
Toen ik als student met mijn franse vriendin naar Parijs mee gereisd was en bij haar ouders thuis logeerde, werd het avondmaal steevast vergezeld van het acht uur journaal. Het wereldleed met het eten op je bord. De weersberichten vielen meestal samen met de kaasschotel en bij de koffie de soap. Conversatie beperkte zich tot het leveren van commentaar op de getoonde beelden. Heerlijke spijzen met verrukkelijke wijnen werden verstoord door flauwe quizzen en derderangs artiesten die niemendalletjes playbackten. Een belediging voor het voedsel en de aanwezige gast. Alsof het met de ‘gezelligheid’ op teevee aan tafel ook gezellig was.

Dus niet. Degeneratie heet dat. Gedegenereerd tot gewillige teeveeconsumenten. Mijn opluchting was groot als ik tussen de gangen door de hond mocht uitlaten. Ik bleef dan zo lang mogelijk weg.

Is de Nederlandse consensus, directheid en gereserveerdheid te verklaren? Natuurlijk!
Ik neem de landkaart van Nederland en vraag mijn buitenlandse cursisten:

‘Wat is het eerste dat opvalt? Antwoord: ‘Het land is plat, dichtbevolkt en omringd door zee’.

Deze geografische kenmerken verklaren de aard van de Nederlander;
Plat – omdat er geen bergen zijn, kunnen Nederlanders zich nergens verbergen. Hierdoor zijn er weinig verrassingen en is het volk direct.
Dichtbevolkt – Nederlanders zijn erg gesteld op hun privacy. Daarom blijven werk, familie en school gescheiden. Bij gebrek aan fysieke plek is er behoefte aan psychologische ruimte.
Omringd door zee – de dreiging van de zee verklaart de Nederlandse tolerantie en consensus, de wens om alles te overleggen en samen te beslissen. Om een overstroming tegen te houden is samenwerking nodig.